Schil de aardappelen en snijd ze in gelijke stukken. Doe ze in een pan en vul de pan met koud water totdat ze onder staan. Breng het water aan de kook en laat ze ongeveer 10 minuten koken totdat de aardappelen gaar zijn. Ze zijn gaar als een satéprikker er zonder weerstand in en uit gaat.

Als de aardappelen aan het koken zijn, snipper de ui fijn.

Verwarm een koekenpan op middelmatig vuur met een eetlepel olie en bak hier de ui in totdat deze glazig en zacht is. Voeg dan ook het gehakt toe en bak dit rul.

Als de aardappelen gaar zijn, giet deze af en laat ze uitstomen in de pan. Stamp de aardappelen fijn met een pureestamper of vork. Er mogen nog wat stukjes in zitten. Voeg het gehakt-mengsel toe en roer alles goed door. Maak op smaak met ½ tl zout en peper naar smaak.

Als de puree nog warm is (niet heet), verdeel het in 8 gelijke delen. Vorm de delen puree in een soort van ovale hamburger vorm en leg ze op een bord of plaat. Laat ze daarna 15-30 minuten rusten in de koelkast. Hierdoor worden ze wat steviger en zullen ze minder snel exploderen tijdens het frituren.

Neem 3 kommen en vul een met het bloem, een met een losgeklopt ei en de laatste met de panko. Neem elke korokke, leg deze eerst in de bloem en rol deze er doorheen.

Schud het overtollige bloem er af en leg deze in het losgeklopte ei. Rol deze er doorheen en schud het overtollige ei er vanaf.

Leg als laatste in de panko en bedek de korokke goed met de panko. Leg op een bord en herhaal met de andere korokke.

Vul een pan met een laag zonnebloemolie van minstens 5cm. Verwarm de olie tot 180°C.

Frituur 2-3 korokke per keer totdat ze mooi bruin zijn (ongeveer 2-3 minuten). De vulling is al gaar, dus ze hoeven alleen krokant te worden.

Haal ze er uit en laat ze uitlekken op wat keukenpapier. Herhaal voor de andere korokke.

Serveer met wat tonkatsu saus of Japanse mayonaise.